Op 7 december 2022 presenteerden Jochem Streefkerk, Stijn Voskamp en Sander Jansen het eindrapport van hun onderzoek naar mogelijke vormen van uniformering bij geschillen rondom toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen in het funderend onderwijs. Het rapport is hier te lezen en de samenvatting van het onderzoek is hieronder opgenomen.
Doel van het onderzoek
Geschillenbeslechting in het onderwijs heeft in de loop der tijd vele vormen aange- nomen. Afhankelijk van het onderwerp van een besluit of handeling, kunnen ouders en leerlingen zich bij een keur aan commissies melden. Dit onderzoek richtte zich op de vraag of het mogelijk is om bestaande procedures te uniformeren, voor zover het gaat om toelating, schorsing en verwijdering van leerlingen in het funderend onderwijs.
Onderzoek en methode
De onderzoekers hebben vier procedures onderzocht: de bezwaarprocedure op grond van de Algemene wet bestuursrecht (“Awb”), de procedure bij de Geschillen- commissie passend onderwijs (“GPO”), de procedure bij het college voor de rechten van de mens (“CRM”) en de bezwaaradviesprocedure bij de Landelijke Bezwaar- adviescommissie Toelaatbaarheidsverklaringen (“LBT”). Het onderzoek is gestruc- tureerd aan de hand van vooraf bepaalde criteria, ontleend aan criteria die ten grondslag lagen aan eerdere wetgeving ter zake uniformering van rechtsprocedures en vastlegging van geschilprocedures. Deze criteria zijn aangevuld met criteria die verband houden met de organisatorische en juridische inrichting van het onderwijs.
Op basis van deze criteria zijn de vier benoemde procedures beoordeeld en is een aanzet gedaan voor een uniforme procedure. De analyses en voorlopige uitkomsten daarvan zijn op basis van interviews met belanghebbenden uit de praktijk (oudervertegenwoordigers, rechtshulpverleners, onderwijsbestuurders en geschilbeslech- ters) kwalitatief getoetst.
Uitkomsten en voorstel
De onderzoekers concluderen dat de procedure bij het CRM een zodanig eigen positie inneemt, dat deze zich niet leent voor uniformering in een specifieke, aan het onderwijs eigen procedure. De Awb-bezwaarprocedure, GPO-procedure en LBT- procedure lenen zich wel voor uniformering. De onderzoekers doen een voorstel dat zich leent voor verdere uitwerking in wet- en regelgeving. Uitgangspunt is dat ouders en leerlingen – ongeacht bij welke school zij staan ingeschreven – op dezelfde manier bezwaar kunnen maken tegen besluiten tot toelating, schorsing en verwijde- ring. De Awb-bezwaarprocedure is daarbij leidend. De onderzoekers stellen voor om één loket te vormen: de adviescommissie leerrechten funderend onderwijs. Bij deze adviescommissie kan ongeacht het onderwerp van de bezwaarprocedure om advies worden gevraagd. Het inwinnen van advies is in beginsel vrijwillig, behalve bij een bezwaar ter zake een toelaatbaarheidsverklaring. In dat geval is het inwinnen van advies (zoals ook nu al) verplicht.